Onze CO2-footprint in kaart

CO2 footprint volgens de ESRS E1

     

x

x

    

market based

location based

market based

locationbases

Scope 1

  

2021

2021

2021

2022

2022

1.1

Stationaire verbranding

 

0

163

163

133

133

1.2

Mobiele verbranding

 

483

374

374

369

369

1.3

Proces emissie

      

1.4

(Voort)vluchtige emissies

 

1466

2204

2204

2200

2200

        

totaal ton CO2 scope 1

  

1949

2741

2741

2702

2702

        

Scope 2

       

2.1

Indirecte emissies van elektriciteitsverbruik

Ingekochte elektriciteitsverlies vastgoed kantoor

0

346

19832

89

22306

2.2

Indirecte emissies van gebruik van stoom

 

0

    

2.3

Indirecte emissies van gebruik van verwarming

 

0

    

2.4

Indirecte emissies van her gebruik van koeling

 

0

    
        

totaal ton CO2 scope 2

  

0

346

19832

89

22306

        

Scope 3

       

3.3

Netverlies

Netverlies

0*

3188

3188

3605

3605

3.5

Afval

bestaande uit gevaarlijke stoffen, papier, metaal en bedrijfsafval

 

7

7

7

7

        

totaal ton CO2 scope 3

   

3196

3196

3612

3612

        

totaal CO2 footprint in ton CO2e

  

1949

6282

25768

11308

33525

  • 1 De berekeningen zijn uitgevoerd volgens het internationale Greenhouse Gas Protocol, dat onderdeel is van de klimaatberekeningen (ESRS E1) volgens de EU-wetgeving 'Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD)'.

In onze berekeningen zijn de volgende onderdelen van de ESRS E1 meegenomen. Dit is nog niet de complete berekening, aangezien nog niet alle data beschikbaar of verwerkbaar is.

  • Scope 11: Directe emissions

    • 1.1 Stationary combustion > kantoor

    • 1.2 Mobile combustion > bedrijfsauto’s en graafmachines

    • 1.3 Proces emissions (chemische transformatie van materialen)

    • 1.4 Fugitive emissions (koelvloeistof, SF6) Netverlies gas (inclusief Botlek en Argos)

  • 1 De directive is alleen nog maar in Engels beschikbaar
  • Scope 2: Indirect emissions
    2.1 Indirect emissions from the use of elektricity

  • Scope 3 Upstream: Overige indirecte emissies

  • 3.3 Fuel- and energy-related activities not included in Scope 1 or Scope 2

  • 3.5 Waste generated in operations

Status data voor de berekening

In bovenstaand overzicht is opgenomen welke datasets geheel, gedeeltelijk of niet zijn verwerkt. Niet alle onderdelen zijn op Juva van toepassing. De komende twee jaar worden de ontbrekende datasets die wel op Juva van toepassing zijn, gecompleteerd.

Om een vergelijking te kunnen maken tussen de vroegere rekenmethode die wij hanteerden en de methode volgens ESRS E1 zijn dezelfde datasets gebruikt. Op die manier kunnen we de uitkomst van scope 1 en scope 2 voor 2021 met elkaar vergelijken.

Opvallende verschillen verklaard

Hogere uitkomst

De huidige CO2 -berekening valt in 2022 hoger uit. Dit komt omdat de methaanuitstoot op een andere (meer nauwkeurige manier) wordt gemeten en er andere referenties gelden (lees hier meer over de paragraaf over Klimaatimpact door Methaanemissie).

Netverlies naar scope 3

Door voortschrijdend inzicht hebben we ontdekt dat In voorgaande jaren het netverlies ten onrechte is meegenomen in scope 2. Deze is nu naar scope 3 verplaatst onder de categorie: Fuel- and energy-related activities not included in Scope 1 or Scope 2. De emissies van netverlies vallen bij de partij waar dit wordt ingekocht.

Toelichting:

This category includes emissions related to the production of fuels and energy purchased and consumed by the reporting company in the reporting year that are not included in scope 1 or scope 2.

Category 3 excludes emissions from the combustion of fuels or electricity consumed by the reporting company because they are already included in scope 1 or scope 2. Scope 1 includes emissions from the combustion of fuels by sources owned or controlled by the reporting company. Scope 2 includes the emissions from the combustion of fuels to generate electricity, steam, heating, and cooling purchased and consumed by the reporting company.

Andere toewijzing van de emissies van afval

In voorgaande jaren werd ons bedrijfsafval niet meegenomen in de scope1 of scope 2 berekening. Dit is terecht, want afval behoort in scope 3. Toch worden afvalemissies niet toegerekend aan de scope 3 van de verbruiker, maar aan de verwerker. Onze toeberekende emissie van afval bedraagt 5 ton CO2. Dit betreft alleen het transport van het afval bestaande uit gevaarlijke stoffen, papier, metaal en bedrijfsafval.

Scope 3 is in 2022 toegenomen door het opnemen van emissies uit onze deelnemingen. Deze gegevens zijn voor 2021 niet beschikbaar.

Location based versus market approach

Er is een verschil tussen de locatiegebaseerde scope 2 berekening en de marktgebaseerde scope 2 berekening. Juva’s totale klimaatimpact voor deel 1 van het project is 33.525 ton CO2e (location based methode) en 11.308 ton CO2e (market based approach).

De grootste klimaatimpact wordt veroorzaakt door het elektriciteitsverlies en de methaanemissies die plaatsvinden in het elektriciteits- en gasnet.

De klimaatimpact van het elektriciteitsverlies verschilt sterk tussen ‘location based approach’ en ‘market based approach’. Dit komt omdat je bij ‘location based approach’ moet rekenen met de klimaatimpact van de gemiddelde Nederlandse elektriciteitsmix, terwijl je met ‘market based approach’ mag rekenen met de impact van de leverancier (in dit geval groene stroom van HVC). Omdat de emissiefactoren van elektriciteit nog niet vast staan, kunnen deze resultaten nog veranderen.

De klimaatimpact van methaanlekkages zijn ongeveer twee keer hoger dan een eerdere analyse van Juva over hetzelfde jaar. Dit verschil zit mogelijk in de berekeningsmethode. We onderzoeken of dit te verklaren is vanuit de gewijzigde gekozen uitgangspunten. Dit wordt in een volgende fase van ons project nader onderzocht. 

Klimaatimpact door netverlies

Elektriciteit

Het is wettelijk vastgelegd dat het netverlies voor elektriciteit als ‘elektriciteitsverbruik’ aan de netbeheerder wordt toebedeeld. De netbeheerder moet de hoeveelheid elektriciteit van het netverlies zelf inkopen. De kosten voor het netverlies komen voor rekening van de netbeheerder.

Dat netverlies kunnen we onderverdelen in twee vormen: administratief en technisch netverlies. Bij het transport van elektriciteit is er altijd sprake van enig verlies in de vorm van warmte. Dit technisch netverlies omvat het grootste deel van het netverlies. We spreken van administratief netverlies als het gaat om fraude en diefstal, zoals gemanipuleerde of onnauwkeurige meters en het illegaal aftappen van elektriciteit. Westland Infra besteedt veel aandacht aan het opsporen van fraude en maakt daarbij gebruik van de diensten van netbeheerder Stedin. 

In 2022 was er bij Westland Infra sprake van ongeveer 3% netverlies en moesten wij 58,5 miljoen kWh inkopen. We kopen deze elektriciteit in bij HVC en dat vergroenen we met groencertificaten.

Gas

In tegenstelling tot elektriciteit treedt er bij het transport van gas in principe geen verlies op. Alleen kan door lekkages of bij het affakkelen van leidingen bij werkzaamheden verlies ontstaan. Daarnaast is voor het overgrote deel sprake van wat wij noemen ‘meetverlies’ door meters die wel binnen de nauwkeurigheidseisen registreren, maar net iets minder registreren dan wordt afgenomen. Het meetverlies gas omvat ook fraude.

Westland Infra heeft in 2022 verschillende acties ondernomen om het netverlies van gas tot een minimum te beperken. Zo zijn onze monteurs extra alert op mogelijke afwijkingen bij gasmeters en komen waar nodig snel in actie. Grondeigenaren die nog een oude, ongebruikte gasaansluiting op hun grond hebben staan, kunnen deze kosteloos laten verwijderen. Daarnaast verlagen we waar mogelijk de druk in de netten iets, waardoor er minder verlies optreedt.

Voor de inkoop van het meetverlies aan gas heeft Westland Infra gekeken naar mogelijkheden om dit te vergroenen met groencertificaten. Omdat het hoofdzakelijk gaat om een fictief verlies en de kosten in 2022 erg hoog waren, is hier niet voor gekozen, mede juist uit onze maatschappelijke verantwoordelijkheid. Uiteindelijk worden alle kosten die wij maken, opgebracht door onze klanten. 

Klimaatimpact door methaanemissie

Bij de winning en het transport van aardgas kan methaan (het hoofdbestanddeel van aardgas) vrijkomen. Dit draagt, net als CO2, bij aan het broeikaseffect. Methaan is echter een veel sterker broeikasgas dan CO2 en het tegengaan van methaanemissie is daarom extra belangrijk. Om de uitstoot van methaan terug te dringen, moeten gaslekken zo snel mogelijk worden opgespoord en verholpen. Dat heeft vanzelfsprekend ook een veiligheidscomponent: het oplossen van lekkages in of rond een gebouw verkleint de kans op gevaarlijke situaties op zelfs explosies.

Eenvoudige berekening

Netbeheer Nederland rapporteert jaarlijks namens de netbeheerders over de methaanemissies. Kiwa doet hiervoor onderzoek en vraagt bij netbeheerders de netgegevens op. Op basis daarvan wordt de methaanemissie berekend. Dit is een vrij eenvoudige berekening, waarbij alleen gekeken wordt naar de hoofdleidingen.

Europese methaanverordening

Het berekenen van methaanemissie gaat veranderen. Er komt een Europese methaanverordening, die een betere manier van rapporteren verplicht en strengere eisen stelt aan het reduceren van methaanemissie. Onder de huidige regelgeving controleren wij één keer per vijf jaar ons hele netwerk op lekken. Met een totaal van 1000 km aan leidingen betekent dit een controle van 200 km leidingen op jaarbasis. Volgens de nieuwe verordening moet die frequentie een flink stuk omhoog. Het eerste voorstel om dat te verhogen naar één keer per drie maanden blijkt niet haalbaar. Vooralsnog lijkt er een tussenvorm te komen, waarbij er onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende vormen van lekzoeken. Naast het bekende lekzoeken met een sleepmat mogen netbeheerders waarschijnlijk ook gebruikmaken van een auto die meer op afstand naar lekken zoekt. Wanneer de nieuwe verordening gaat gelden, is op dit moment nog onduidelijk.

Oil and gas methane partnership

Een andere ontwikkeling betreft het OGMP, het Oil and Gas Methane Partnership. Netbeheer Nederland heeft zich hieraan geconformeerd om alvast in te spelen op de aangekondigde Europese methaanverordening.

Westland Infra Netbeheer heeft in 2022 de Gold Standard van het OGMP behaald. Om daarvoor in aanmerking te komen, moeten we uitgebreid rapporteren over onze methaanemissies. Daarbij kijken we niet alleen naar de lengte van onze leidingen, maar ook naar emissie bij bijvoorbeeld meters en gasstations. Daarnaast hebben we een implementatieplan gepresenteerd, waarin we toelichten hoe we per type emissie de werkelijke uitstoot bepalen. We streven ernaar om onze rapportages steeds naar een hoger level te brengen en meer inzicht te krijgen in onze methaanemissie. Wij hebben aangekondigd ons grijs gietijzer volledig te vervangen voor 2024 en daarmee voldoen we aan de reductiedoelen van het OGMP om voor de Gold Standard in aanmerking te komen.

Poeldijk, 24 mei 2023

F.P. Binnekamp
directeur N.V. Juva